vrijdag, juni 02, 2006

Kashgar

Weer ontbeten in het Caravan Café. Ik raak aan de praat met Greg, een Amerikaan, die hier het café heeft opgericht. Na wat onderhandelen kan ik voor 700 Yuan (70 euro) op en neer naar Karakul Lake met een airconditioned 4WD. Ik besluit dit maar te doen, omdat ik niet nog een dag in Kashgar wil zitten. Daarbij belooft het een prachtige rit te worden. Met een taxi door naar de Yengi bazaar, de zogenaamde zondagsmarkt, die gewoon elke dag open is, maar dan een stuk rustiger. Een enorm complex, waar alle specialismen bij elkaar staan. Stoffenhandelaren, schoenenverkopers, zeepverkopers, potten en pannenhandelaren en natuurlijk de kramen met souvenirs. Ik wil graag een paar handgemaakte messen hebben die veelal uit Yengisar komen, hier 100 kilometer verderop. De messenstad bij uitstek. Ik ga in zee met een handelaar die nogal een hoog bedrag vraagt. Ik ga er meer dan 50% onder zitten, waarna het theater losbarst. Hij doet 5% van de prijs af, ik gooi er 5% bovenop en zo gaat het een tijdje door, waarbij hij continu de historische woorden predikt "final plice, final plice". Uiteindelijk komen we tot een deal, met 30% korting, wat waarschijnlijk 75% had moeten zijn, maar goed.

Een mes en een dolk rijker, neem ik een taxi naar de Abakh Hoja Tomb, een pelgrimsoord, waar Hoja himself zijn laatste rustplaats heeft gevonden. Hij is één van de populairste heersers over Kashgar geweest. Ook schijnt hier één van de concubines van Keizer Qianlong begraven te liggen. Eerlijk gezegd valt er niet veel te zien. Buiten koop ik nog 11 ansichtkaarten voor het luttele bedrag van 1 euro, waar de postzegels 5 keer zo duur zijn.

Geen opmerkingen: